Deze titel stond laatst in de krant en dat is ook wat ik al jaren roep. Kijk naar de kinderen en laat ze lekker spelen en ontwikkelen. De hersenen groeien en maken zoveel verbindingen de eerste jaren, dat alle aandacht daar naar toe dient te gaan. Ontwikkelen door dingen te ontdekken en door zelf problemen op te lossen. Wat moet ik doen om bij de bal te komen? Wat moet ik doen, dat mijn huis van blokken stevig blijft staan? Maar ook inzicht in het stukje actie-reactie zelf ervaren.
Waarom deze visie? In mijn tijd als leerkracht viel het mij altijd al op dat als ik iets in de kring wilde doen, een aantal kinderen niet mee deden. Zij hadden dan de luikjes dicht, zei ik altijd, maar als ze zelf materiaal pakten en aan het spelen waren en ze lieten mij trots zien wat ze deden en ik ging dan in gesprek, dan waren de luikjes altijd open.
Daarnaast is het lichaam van onze jonge ontdekkers er ook nog niet voor gemaakt om voor een langere tijd stil te zitten. Eerst moet alles geïntegreerd worden en goed samen kunnen werken in het lichaam en dan is het kind pas toe aan het echte leren. Eerder beginnen heeft geen zin en werkt alleen maar averechts. Als je iets niet kunt en het lukt niet, neemt je zelfvertrouwen ook enorm af.
De cijfers en letters leren kunnen deze kinderen gewoon op school. Het leren lezen en rekenen begint niet voor niets in groep 3. Het stil kunnen zitten hoort hier natuurlijk ook nog eens bij. Als je als kind dan voldoende hebt gespeeld en ervaren en alles in je lichaam is geïntegreerd, dan lukt het je ook.
Uitzonderingen zijn er natuurlijk ook. Heb je een kind met een voorsprong die uit zichzelf vraagt naar de letters of cijfers of die het zichzelf aanleert, dan kun je dit uiteraard begeleiden. Er niks mee doen werkt dan averechts. Zij hebben immers een leerhonger die gestild moet worden.
Stel jezelf eens deze vragen: “Voor en van wie moet het kind zo vroeg leren? Waarom moet het al veel kunnen voordat het naar school gaat? Als het kind er een jaar langer over doet, wat is dan een jaar op een heel mensenleven, als het kind gelukkiger is?”
Het is dan ook erg belangrijk om goed het spel te observeren bij kinderen. Vul het dan ook niet te snel in. Zie jij een kind roeren in een pan? Vraag dan niet aan het kind of het lekkere soep aan het maken is. Misschien is het wel nasi, misschien gaat het wel om in trance te raken met de beweging of is de beweging maken fijn, misschien gaat het wel om het geluid etc. Door goed te observeren, kom je erachter waarom het kind iets doet en dan kun je gericht verrijken door hier op in te haken en het blijft de keuze van het kind of het er mee aan de slag gaat.
Wat kun je dan dus wel doen? Kijk naar het kind en observeer. Laat ze ook al van elkaar leren. Laat de kinderen lekker spelen en ontdekken en ook veel naar buiten gaan. Hier train je de hersenhelften ook geweldig. Zie je dat een kind wil verrijken help hem dan en niks moet. Kijk en volg het kind en dus niet andersom.