Tos betekent Taal Ontwikkelings Stoornis. Een kind met TOS heeft dus vanaf de geboorte hier al mee te maken. De hersenen kunnen de taal niet goed verwerken en hierdoor heeft het kind moeite met praten of het begrijpen van taal. Je merkt dat de ontwikkeling anders verloopt dan bij leeftijdsgenoten. Het is wel erg belangrijk om te onthouden, dat dit niets met je intelligentie te maken heeft. Ook kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong kunnen TOS hebben. Het kan zelfs zo zijn, dat je de TOS wel herkend, maar de voorsprong niet…
Wel worden TOS en een taalachterstand vaak door elkaar gehaald. Een achterstand kun je wegwerken door extra te oefenen en meer taal aan te bieden en te begeleiden. TOS heeft een andere aanpak nodig. Vanaf een jaar of 7 kan het vastgesteld worden. Daarvoor spreek je over een vermoeden, als je merkt dat extra aandacht voor taal niet helpt.
Kinderen met TOS kunnen goed horen en luisteren, hebben een normale intelligentie (kunnen dus zelfs een voorsprong hebben). Je kunt het merken aan het feit dat ze de moedertaal moeilijk vinden om te leren, de klanken en woorden onthouden ze moeilijk. Het duurt dus langer voordat ze woorden goed uitspreken of goed uit hun woorden komen. Ook kunnen ze moeite hebben om op woorden te komen. Soms denk je zelfs, dat wist je de vorige keer wel. De hersenen werken gewoon niet altijd mee. Op latere leeftijd komt hier de grammatica bij, wat een lastig onderdeel is van onze taal. Tenslotte kun je het merken aan het omgaan met emoties. De emoties herkennen en verwoorden vormt een struikelblok. Tja en plannen kan ik lastig zijn. Om goed te kunnen plannen heb je ook echt die hersenen nodig bij alle stappen.
Natuurlijk is het wel zo, dat alle kinderen met TOS een eigen versie hebben en niet alle kinderen dezelfde signalen en problemen hebben. Blijf dus goed kijken en observeren.
Eerlijk is eerlijk het brein is een complex systeem. Als je een zin hoort, gaan er meerdere gebieden in het brein aan de slag om deze zin te verwerken. In het brein zitten meerdere zwakke plekken bij deze kinderen. Die zwakke plekken geven dan ook aan, welke dingen jij lastig vindt qua taal. Bij kinderen met TOS kan het bijv. wel een keer zo lang duren voordat ze horen wat er gezegd wordt. Uit onderzoek is gebleken dat taal anders wordt verwerkt in de hersenen. We kunnen zo dus vaststellen dat het een ontwikkelingsstoornis is en geen achterstand bij deze kinderen.
Wat kun je als kinderopvang doen als je een kind met TOS hebt?
· Blijf gewoon praten en een gesprek voeren met het kind en gun het even de tijd om jou te beantwoorden.
· Tijdens het gesprek blijf je rustig, praat je rustig en gebruik je geen complexe zinnen en woorden.
· Opdrachten kun je 1 voor 1 geven en niet allemaal tegelijk. Laat hem het eventueel herhalen. De verwerkingssnelheid kan trager zijn en de informatie wordt minder goed opgeslagen in het werkgeheugen.
· Zegt het kind iets verkeerd? Herhaal het dan met de juiste woorden. Zeg dus niet dat hij het fout zegt.
· Interactief voorlezen is erg fijn. Meer informatie vind je in mijn blog over interactief voorlezen.
· Ga samen spelen en benoem alles wat je doet en ziet.
· Zorg ervoor dat niet iedereen door elkaar praat. Gebruik tijdens de kring eventueel een knuffel. Wie de vertelbeer heeft, mag vertellen.
· Gebarentaal is een mooi en fijn communicatiemiddel. Zo worden kinderen zelfverzekerd tijdens het vertellen. Je merkt dan ook direct of ze je begrepen hebben. Eerlijk is eerlijk, het is erg moeilijk om iedere keer te zeggen, dat je het niet hebt begrepen. Het stimuleert ook de taalontwikkeling.
· Steun kinderen bij het verwoorden van de emoties. Zeg bijvoorbeeld: “Ik zie dat je boos wordt, omdat….. Klopt dit?”
· Speel situaties na met een groepje kinderen. Maak er kleine toneelstukjes van. Zo trigger je weer het brein op meerdere gebieden.
Blijf gewoon enthousiast tijdens het werken en (h)erken deze kinderen. Zij hebben jou ook nodig. Heb je vragen? Stel ze gerust!