MENU
Menu

Hoogbegaafd en een ontwikkelingsvoorsprong (1)

Als ik je vraag waar je aan denkt bij het woord hoogbegaafd, denk je waarschijnlijk aan al die kinderen die een klas overslaan, al die kinderen die al jong naar de Universiteit gaan en al die kinderen die compleet anders zijn en meestal niet sociaal mee kunnen komen. Alleen is het IQ maar een heel klein onderdeel van hoogbegaafdheid. Er zijn veel meer aspecten die meetellen….

Eerst even de uitleg tussen een ontwikkelingsvoorsprong en Hoogbegaafd. Als een kind op een of meerdere gebieden duidelijk voorloopt, heeft het kind een voorsprong. Je spreekt pas van Hoogbegaafdheid als het bewezen is d.m.v. een toets / test. Dus een kind met een voorsprong kan Hoogbegaafd zijn, maar het hoeft niet.

De komende weken ga ik jullie meenemen in deze wereld. Hoop ik jullie wat meer informatie te geven en wat meer handvatten.

Vandaag neem ik jullie mee in de wereld van de factoren die ervoor zorgen dat het potentieel er wel of niet uitkomt. Dus wat heeft het kind nodig om te groeien en om zijn talent goed te ontwikkelen?

Renzulli bedacht een model waarin hij de multifactoren in aangeeft. Het Hoogbegaafd potentieel kan tot ontplooiing komen, als het kind dus niet alleen intelligent is of Bijzondere capaciteiten heeft, maar ook de talenten Creativiteit en Motivatie heeft.

Bijzondere capaciteiten: Het kind is intelligent, maar ook de muzikaliteit en de sportiviteit kan het laten zien.

Creativiteit: Ik bedoel dan niet het knutselen, maar het creatief denken. Ik heb een probleem en kan zelf een creatieve oplossing bedenken. Daarnaast bedenkt het zelf oplossingsmethodes om een opdracht uit te voeren. Ze hebben meestal meerdere (bijzondere) oplossingen voor een probleem. Als ze op school zitten, ontwikkelen ze ook vaak eigen rekenstrategieën. Ook hoor je vaak antwoorden, waar je zelf niet zo snel aan denkt, maar wel kloppen als je erover nadenkt.

Motivatie: Als het kind iets interessant vindt, duikt het kind er helemaal in en heeft het ook doorzettingsvermogen. Daarnaast is het taakgericht bezig om het eigen te maken. Het onderwerp / zijn interesse kan op allerlei gebieden zijn. Het kind kiest het zelf uit en gaat dan dus ook zelf op onderzoek uit. Draag jij een onderwerp aan en vindt het kind het niet leuk of interessant, dan zul je dit dus ook niet snel zien.

In de afbeelding kun je het model van Mönks vinden. Hij heeft het model van Renzulli uitgebreid en de factoren School / Kinderopvang, Gezin en Ontwikkelingsgelijken toegevoegd. Dus het kind ontplooit zich pas echt, als de omgeving stimulerend en ondersteunend genoeg is. Het kind heeft handvatten nodig om verder te komen en te groeien. Het moet anderen tegenkomen en daar mee kunnen werken die op hetzelfde niveau zitten.

Voorbeeld kind 1: Als we nu eens kijken naar een kind dat op voetbal gaat. De trainer merkt dat hij wel erg goed is en al mooie ballen maakt. Het kind ziet de kansen en pakt ze ook en daardoor winnen ze vaak. De trainer geeft dit aan bij de ouders en vraagt of hij naar het selectiegroepje mag. De trotse ouders geven aan dat dit mag. Elke week mag hij extra sporten en brengen ouders hem heen. De school werkt en denkt ook mee. De jongen bloeit op en is ook erg leergierig. Samen met de andere talenten wil hij groeien en zoekt de uitdagingen op. De trainers geven deze uitdaging en hij wordt bekend. Er worden tegenstanders gezocht van het eigen niveau en die hem verder uitdagen. Hij voetbalt nu op topniveau en wordt overal heen gereden.

Voorbeeld kind 2: Het kind van 3 vindt de letters en cijfers erg interessant. Hij vraagt thuis of hij alles mag leren. De ouders geven hem deze aandacht en het kind leert het zichzelf ook verder aan. Hij kan al wat woorden lezen en kan ook al tellen tot 100. Het heeft een gigantische leerhonger. De ouders stimuleren hem en het kind is trots.

En nu de omgeving: Kind 1 wordt volledig gesteund en iedereen is trots. We accepteren immers dat als je goed kunt sporten, dat je naar een hoger niveau moet kunnen gaan. En kind 2? Krijgen die ouders dit ook te horen? Helaas niet altijd. Jemig, hij is nog maar 3. Laat hem lekker spelen. Jullie pushen hem zeker. Belachelijk, laat hem lekker kind zijn…. Het oordeel is helaas compleet anders.

Dus de vraag is dan ook? Hoe stimuleer jij het kind dat een gigantische leerhonger heeft? Mag dit van jou? Herken jij dit ook? Of gaat het kind onderpresteren en gewoon met de groep mee, omdat dit zo hoort?

De volgende keer ga ik het hebben over het Zijnsluik van Tessa Kieboom. Er zijn namelijk nog meer factoren van belang.

Meer weten? Geef je dan op voor de training Ontwikkelingsvoorsprong via JipKes Trainingen. Je begint met de basis en vervolgens kun je je opgeven voor de verdieping.

© 2024 | Webdesign Kuipers Design